zaterdag 21 februari 2015

Gek van marathons

Gek van marathons, alles waar een lange duurinspanning mee gemoeid is trekt mijn aandacht. Telkens weer bewondering over de geleverde inspanning, telkens weer de analyse proberen te maken over de toegepaste tactieken. Het gaat hier natuurlijk om inspanningen die door sporters worden gedaan.
Opvallend, iedereen weet dit volgens mij al, is een basis van een superconditie, kilometers maken, niet ouderwets blind gaan, maar zorgvuldig opgebouwd. Het lijf harden, laten wennen aan lange inspanningen, het lijf verzorgen, het lijf geven wat nodig is om te zorgen dat er voldoende energie kan worden opgeslagen.
Meest favoriete sporten zijn hier bij schaatsen en wielrennen. De geleverde inspanningen tijdens hardloop marathons heeft hier ook mijn aandacht, iele mannetjes die 42 kilometer door zetten, de sterkste wint, maar wel de sterkste die het beste kan doseren, dus het slimste met zijn mogelijkheden kan omgaan.
We zien dit ook bij het wielrennen, de echte klassiekers Ronde van Vlaanderen, Parijs-Roubaix en Luik-Bastenaken-Luik. Hoogtij dagen zijn het, ook de bergetappes in de grote rondes, hoe meer hoe liever, hoe groter de inspanning, hoe groter de bewondering.
Vanochtend is er een integrale herhaling te zien van de Elfstedentocht van 1985, precies 30 jaar geleden. Iedereen weet nog wel wie de winnaar was, het wedstrijdverloop is wat me interesseert. Ook hier zie je het weer terug. Stevig tempo, rijden naar je mogelijkheden, de sterksten blijven over, de sterksten zijn degenen die met de beste conditie het slimste omgaan met hun mogelijkheden en omstandigheden. De 10 kilometers langebaan schaatsen zitten ook zo in elkaar.
Natuurlijk kunnen we dit doortrekken naar de marathons in de duivensport. Ook hier zie je steeds meer de voorbereiding, er zijn heel veel bijproducten te koop die de duiven moeten voorbereiden op een lange tocht. Als je echter de reportages doorleest en analyseert, komt ook hier hetzelfde boven drijven. Er wordt door de liefhebbers met de duiven getraind om een zo goed mogelijke conditie op te bouwen. Voeding wordt uitgebalanceerd, vaste ritmes aangehouden. Dat zijn de voorbereidingen, daarna is het aan de duiven om de klus te klaren. De duiven onderweg volgen is helaas nog niet mogelijk, maar het verloop van zo'n duivenmarathon zal niet anders zijn. Vertrek is gezamelijk, conditie niet goed zal betekenen het peloton niet kunnen volgen. Onderweg zullen obstakels overwonnen moeten worden. Duiven hebben niet de menselijke intelligentie, maar reageren wel op de omstandigheden die ze tegen komen. Ervaringen die zijn opgedaan zullen helpen om de juiste "beslissing" te nemen, oriëntatie het instinct om te overleven en het instinct om naar het eigen territorium terug te keren zullen leidend zijn.
De genoemde omstandigheden en obstakels zullen uiteindelijk de scherprechters zijn tijdens de tocht naar huis. Hier worden de laatste verschillen gemaakt.
De duif die het beste wordt geleid door oriëntatie, overlevingsinstinct, drang naar het territorium en opgebouwde conditie zal uiteindelijk de winnaar zijn.
Ik denk dat ik schaatscoach Jillert Anema maar eens gaan vragen, misschien kan hij ook nog wat trainers wijsheid aanleveren om de duiven op mijn hok nog wat extra motivatie mee te geven. Hij levert tenslotte de beste marathonschaatsers van dit moment. Misschien dat hij toch nog een geheimpje heeft........

zaterdag 14 februari 2015

Plannen uitvoeren

De hele zaterdag onder de pannen geweest. Beleid afspreken en plannen voor de komende jaren. Ons bedrijf, het concern waar het bij hoort, maar ook de hele sector food bedrijven staan voor grote technische omslagen. Er zal meer verlangt worden van vooral medewerkers van deze bedrijven. Steeds hogere en terechte kwaliteitseisen voor de te maken producten en de snel ontwikkelende technologie in de productieprocessen vragen om hoger opgeleid personeel, maar vooral van gemotiveerd en betrokken personeel. We zijn met het eten van andere mensen bezig, dat is nogal een verantwoording.
Hoe maak je beleid wat hier bij past, hoe ga je dat uitvoeren met kans op succes en hoe hou je dat beleid vol. Welke doelen streef je na. Lastige vraagstukken die vragen om een goede planning en uitvoering, implementering en borging. Evaluatie en bijstellen van doelen die niet reëel zijn hoort hier op termijn ook bij. Einddoel moet zijn: klaar voor de toekomst met nog beter gekwalificeerd personeel.
Bottomline van het verhaal is dat de beste boven blijven drijven, de goede bijgespijkerd moet worden en de mindere op een zijspoor terecht zullen komen.
Zie hier de parallel met de duivensport. Ik heb een tijdje geleden al eens geschreven over een strijdplan voor komend seizoen, over het plannen van de vluchten die ik wil spelen, hoe ga ik om met de aanloop naar het seizoen.
Inmiddels heb ik toch al wat bijgesteld. Ik wilde eerst alleen nog met duivinnen spelen, na een paar maal de beschikbare doffers door de handen te hebben gehad, toch besloten ook deze te spelen. Er lijkt kwaliteit tussen te zitten, het moet er dan ook maar uitkomen. Dus terug naar het uitgangspunt dat ik sinds ik weer begon met postduiven al had, alles wat op het hok wordt geringd wordt gespeeld en moet zich maar bewijzen. 
Inmiddels ben ik er van overtuigd dat de beschikbare kwekers steeds beter worden. Ik zal met een klein aantal koppels kweken, de overige vasthouders blijven nog zolang er kinderen van in de vliegploeg zitten. Mocht er een goede tussen zitten kunnen de ouders toch nog voor de kweek ingezet worden. Voorlopig fungeren de overblijvers als voedsters.
Duiven in de vliegploeg die zich hebben bewezen kunnen de kweek weer komen versterken, zo moet de cirkel uiteindelijk rond komen. Lange termijn planning en vasthouden aan hetzelfde systeem, moet tot een goede ploeg fondduiven komen. Ik blijf bij het idee om 3 overnachtvluchten te spelen. Dit jaar te beginnen op 16 juni inkorven voor Aurillac. Daarna Orange en Bergerac, dus telkens tussenpozen van 3 weken op het inkorven voor de overnacht. Hiervoor zoveel mogelijk programma vluchten, zeker voor de jaarlingen met zoveel mogelijk inkorvingen op donderdag voor midfond en dagfond. Jaarlingen moeten leren eten en drinken in de mand, leren omgaan met langdurig verblijf in de containers naar de lossingsplaats. Jaarlingen krijgen 2x dagfond en minimaal 1 overnachtvlucht. 
Koppelen wordt de eerst week van maart, alles wordt gekoppeld. Vliegers brengen vooralsnog geen jongen groot, kost teveel energie. 
Het enige grote verschil met vorig seizoen is dat ik vanaf het begin volle bak voer, in de wintermaanden hebben de duiven toch te kort gehad, ze hebben last van de wisselende tijden waarop ik de duiven kan verzorgen, ik draai op het werk wissel diensten. Door volle bak te voeren eten ze wanneer het hun uitkomt, hoeven ze niet op de baas te wachten. Volgens mij gaat dit ervoor zorgen dat de duiven altijd vol aan de start komen. En natuurlijk elke dag trainen, zoveel mogelijk mee in de auto en kilometers maken.
Nog 2 weken, dan gaat het seizoen hier ook los, deze week eerst nog een week werken in Duitsland, ditmaal op verzoek in plaats van moeten wegens nare omstandigheden.

Goede Week!


zondag 8 februari 2015

Waar komt die gekte vandaan?

Gisterochtend stond ik weer eens te dagdromen, weekend, tijd voor de duiven, iets om altijd weer naar uit te kijken. Mijn partner Vera vroeg me wat er aan de hand was, ik was blijkbaar weer ver weg. "Duiven", zei ik. Ze keek me eens aan en zei alleen maar: "Oh, ja".
Waar komt dat toch vandaan? Natuurlijk, relatie, kinderen en werk zijn vele malen belangrijker in mijn leven, maar toch is er altijd dat alles overheersende in mijn leven. Duiven.
Ik weet ook niet beter, vanaf mijn vroegste jeugd zijn mijn herinneringen gerelateerd aan duiven. Als klein hummeltje kon ik niet wachten om op zaterdagochtend mijn vader te helpen om hokken schoon te maken. Toen sierduiven, Modena's en Helmduiven. Daarnaast had mijn vader nog konijnen, ook voor tentoonstellingen. Ik kan nog feilloos in de prijzenkast van mijn vader de medailles aanwijzen die ik in die tijd in ontvangst mocht nemen op de tentoonstellingen die we bezochten.
Na een verhuizing kwamen op mijn 7de postduiven in mijn leven. Toen ik voor het eerst meemaakte dat er duiven van een schijnbaar enorme afstand weer naar huis kwamen, was ik verkocht. Kattekwaad en paaltjepingel op straat, voetballen bij de club met weer andere vriendjes, geweldig, prachtige jeugd gehad, alleen was er altijd weer die drang, de duiven. Als ze thuis moesten komen van een wedvlucht was ik van de partij, bleef soms zelfs weg van het voetballen op zaterdag, duiven was toch veel mooier?
Tot mijn 23ste ging het zo, toen verliet ik het ouderlijk huis om mijn eigen leven op te bouwen. Toch miste er iets, duiven. Betrapte mezelf er vaak op dat ik meer in de lucht liep te kijken dan voor me. Toen er gelegenheid was om weer een hokje te bouwen, werd die mogelijkheid meteen gepakt. Sierduiven, Holle Kroppers, postduiven was in mijn ogen te ingrijpend met kleine kinderen, druk werk en zo meer. 
Ook met de sierduiven dezelfde overheersende gekte. Alles aan de kant, wat me veel mooie herinneringen, overwinningen en veel kennissen heeft opgeleverd, in binnen en buitenland.
In 2004 een grote ommekeer, verhuizing naar Friesland. De duiven gingen mee, uiteraard, uiteindelijk in Engelum terecht gekomen. Mooi huis, maar vooral ruimte zat om flink uit te pakken met de duiven.
In 2010 hield ik het niet meer, er moesten weer postduiven komen, naast die andere passie, de Holle Kroppers.
Het brengt me eigenlijk in een onmogelijke positie, tijd is er tekort, mogelijkheden te over, altijd balanceren op wat wel en niet kan. Dat het kan is vorig seizoen bewezen. Maar die passie die in mij zit moet geleefd worden.
Mijn partner heeft er vrede mee en stimuleert, kinderen en inmiddels stiefkinderen weten niet beter en zijn vaak deelgenoot, mensen in mijn omgeving weten ook niet beter, John is met duiven bezig, altijd. De kinderen maken grappen: "Als er straks kleinkinderen zijn wordt jij Opa Duif!".
Het kan me niets schelen, ik ben er maar wat gelukkig mee.