zaterdag 28 oktober 2017

Blijft sport

Discussies zijn weer behoorlijk opgelopen. De massa inkorvers zijn hèt onderwerp van gesprek. Ze maken de sport kapot volgens sommigen, anderen bewonderen hen om de ketting uitslagen die worden neergezet.
Er worden allerlei voordelen toegedicht aan het spelen met veel duiven, daarnaast is het verwijt dat men met honderd zoveelste getekende een vroege prijs nationaal weet te winnen. 
Door het inkorven van veel duiven zou er een voordeel worden verkregen, doordat veel duiven naar hetzelfde punt toe vliegen. Dit zou de trek van andere duiven beïnvloeden, waardoor deze een langere afstand afleggen en kansloos zijn voor een vroege prijs. 
Zou kunnen, ik zie bij ons in de afdeling ook wel zoiets gebeuren. Er is daar een grote trek naar de oostkant. De Westereen, Harkema en meer dorpen hebben een hoge dichtheid van melkers, dus moeten er veel duiven heen. Daarnaast ligt de regio gunstiger, omdat de duiven het IJsselmeer oostwaarts ronden, waardoor er een min of meer logische lijn naar de oostkant ontstaat. Feit is ook dat bij voor de westkant gunstige omstandigheden, daar de boel plat wordt gedraaid in de afdeling. Waar de betere duiven zitten? Je zou denken de oostkant, maar of het echt zo is? We hebben volgens mij vaker west als oost in de wind. 
Zet duiven van beide regio's in één hok, geef ze dezelfde verzorging, geef aan het eind van het seizoen een oordeel, dan weet je het.
Ik zag op Pipa een klassement van de beste jaarlingen in Nederland over 10 vluchten. De grote inkorvers uit Zuid-Holland domineren de top 25, vooral Willem de Bruin is ruim vertegenwoordigd. Zou dat dan toch niet gewoon kwaliteit zijn?
Het idee van gelimiteerd duiven zetten voor de uitslag zal dan ook een beeld geven die verdacht veel lijkt op wat we nu zien, veel van dezelfde namen in de kop van de uitslag, het enige wat zal gebeuren is dat de namen van andere liefhebbers eerder in beeld komen, qua percentage zal het niet veel uitmaken. Uitslagen moet je leren lezen toch?
Ja, ik snap ook dat de kleine liefhebbers de ruggegraat van de duivensport zijn, dat ze hard nodig zijn om de duivensport levensvatbaar te houden. 
In mijn jeugd waren er ook een paar liefhebbers die domineerden, in onze stad, regio en afdeling waren het jaar in, jaar uit dezelfde mensen die de dienst uitmaakten. 
Wat me toen al opviel, waar ik dus veel van leerde, was dat deze mensen er alles voor over hadden om zo goed te spelen. Zij beleefden hun hobby als topsport, bleven vaak niet hangen voor nog een biertje in het lokaal, maar gingen snel huiswaarts na het afslaan, om de laatkomers nog te verzorgen bijvoorbeeld. Het waren overigens ook de liefhebbers die het eerste waren met feliciteren, als iemand beter had gedaan dan zijzelf. 
Zij hadden de goede duiven, maar ook de inzet, kennis en feeling om goed met duiven te spelen. En ja, het waren vaak de grotere melkers die de besten waren over een seizoen. Niet de hoeveelheden duiven zoals we die nu kennen,maar voor die tijd veel. 
Ik speelde zelf als jong jochie met 8 weduwnaars en 15 jongen, niet genoeg voor een plek bij de generaal kampioenen, wel genoeg om regelmatig de show te stelen, met bijvoorbeeld 3 duiven in de eerste 10 van de club, met 4 duiven mee, regelmatig een eerste te spelen of duifkampioenschappen binnen te halen. Ook de aangewezen kampioenschappen waren favoriet, daar heb je maar 2 duiven per vlucht voor nodig. Wat duidelijk was en nu nog steeds is, is dat je goede duiven moet hebben, duiven die regelmatig goede prijzen spelen, of weten te pieken op de momenten dat het moet. Je kan aan dat soort zaken als liefhebber veel doen.
Ik zag juist deze week wat artikelen voorbij komen waar liefhebbers beschreven worden die met relatief weinig duiven spraakmakende uitslagen neerzetten, of ruim in de kampioenschappen vertegenwoordigd zijn. Ook artikelen over specialisatie op bijvoorbeeld de overnachtvluchten. Waarom zou je alles willen spelen? 
Ik begrijp de discussies die er gaande zijn, ik begrijp ook de zorgen die men heeft over de teruggang in de sport. Maar het blijft wel sport, het kan niet zo zijn dat we voor ieder een kampioenschap of beker beschikbaar hebben, zodat iedereen blij kan vertellen dat zij de kampioen zijn van iets. Ja, van wat dan precies?
Als we de sport echt levensvatbaar willen houden, zullen we ons moeten afvragen of we niet te ver door zijn geschoten. We kijken allemaal naar de eerste plek op NPO niveau, maar er kan er maar eentje winnen per keer. Kijk eens om je heen hoe je het hebt gedaan in je eigen regio, weersomstandigheden zijn nu eenmaal niet te beïnvloeden, ik ben nog niemand tegen gekomen die zijn eigen windrichting kan bepalen. 
Je zult eerst kampioen van je club moeten worden, daarna van je regio of samenspel voor je naar het kampioenschap in je afdeling kunt kijken.
Ik weet het, het zijn open deuren, het zijn waarheden als een koe, maar meer waarheden zijn er niet lijkt me. 
Wat het beste werkt? Samenwerking om goede duiven te bemachtigen. Niet iedereen heeft een tas geld voor dure duiven van de top liefhebbers. Dus help elkaar, doe samenkweek, wissel jongen uit, of geef gewoon eens wat weg. Daar is nooit iemand minder van geworden.
Samenwerking tussen verenigingen, zodat het voor iedereen mogelijk is en blijft om mee te doen aan de vluchten die men wil. Samenwerking om elkaar te helpen met africhten, lappen, inkorven, afslaan of gewoon een bakkie koffie, praatje en goede raad. Help elkaar verder.
Geheimen hoeven we ook niet te zoeken. Het geheim is een goed hok, met gezonde duiven van een goede kwaliteit, met de beste verzorging die je als melker te bieden hebt. 
Wat niet helpt is zeuren over wat je niet voor elkaar krijgt. De deur dicht houden voor je collega melkers, of je niets aantrekken van wat er in je club gebeurd. 

Zou het echt zo makkelijk zijn?


Tot de volgende!


www.postduivenblog.nl

zondag 15 oktober 2017

Dolle zaterdag

Het winterseizoen is hier ook begonnen. Drie afspraken vandaag, ook de zomerjongen nog even weggebracht. Tussendoor nog even tijd om de baadbakken in de spoetniks te zetten. Goed gevulde dag noem je dat.
Duivenhouden in Friesland


Vanochtend vroeg op om de hokken voor de normale ronde schoonmaken, waterbakken boenen en voeren. Na een snel ontbijt de zomerjongen uit het hok geplukt om ze nog een stukje weg te brengen. De late jongen ondertussen naar buiten, zij gaan net op de vleugels, noodzakelijk om ze iedere dag vlieglessen te laten nemen.
Topoverleg tussen coach en melker


Na het lossen van de jongen, direct door naar Cornjum. Albert en Naomi, beter bekend als de comb. Span/Hoogland hadden Nico van Veen op bezoek. Ik heb afgelopen winter met Nico kennis gemaakt, ik wilde graag ook eens zien hoe hij zijn coaching en selectie doet bij een liefhebber. Albert en Naomi vonden het geen probleem dat ik mee kwam kijken. Was ook al even geleden dat ik bij ze op bezoek was.
Het was leerzaam om Nico bezig te zien, tegelijkertijd Albert uitleggend wat hij zag, voelde en vermoedde. Albert had te voren zelf al een beeld gevormd van zijn duiven, er werd dan ook druk vergeleken na een beoordeling die Nico had gegeven. Kwam het overeen? Er bleek nogal verschil in de beoordelingen, de duiven die bij mij favoriet waren, bleken allemaal hoog op de lijst bij Nico te staan, de beste in mijn ogen was een duiven van 2016, een mooie blauwband.
Nico meldde nog dat er plannen zijn voor een reis naar China, ben nieuwsgierig wat hij daar gaat beleven.

Daarna naar huis, tijd even bij te praten met Vera en de baadbakken in de spoetniks te plaatsen. Lunchen, even langs de voerboer in Berlikum, door naar Sint Jacobiparochie. 
Hier wachtte Klaas Buwalda, het was tijd om weer even bij te kleppen en de jongen van dit jaar te bewonderen, het halfjaarlijks rondje, eerder om elkaars mening te peilen dan de duiven te beoordelen. De kwaliteit van de duiven is in Sint Jabik toch al goed, zoals ik later op de dag zou ondervinden.
Deel van de kampioenen van het N.I.C. Holwerd


Met Klaas aan boord naar Holwerd. De jaarlijkse prijsuitreiking van het N.I.C. stond op het programma. Tot nog toe nooit als een verplicht nummer ervaren, altijd goed verzorgd en gezellig. Vandaag wederom genoten. Ons vaste groepje  geeft altijd gezelligheid, de aankleding en uitvoering van de prijsuitreiking waren dit jaar pover. Reden was wel duidelijk. Eén van de commissieleden was na onenigheid tijdens het seizoen opgestapt, hij en zijn vrouw werden node gemist. Klasse van alle betrokkenen dat er over de trots werd gestapt en dat deze mensen de middag aanwezig waren.
Eén onderwerp leeft erg onder de melkers. Hoe nu verder? Clubs worden kleiner, wat te doen en welke club kijkt naar welke? De duivensport gaat binnenkort behoorlijk op de schop, vraag is of je het zelf gaat regelen, met een lange termijn visie voor de sport in je eigen regio, of ga je wachten tot je moet, met alle desastreuze gevolgen van dien. Geen makkelijke kwestie.
Het draaiend rad, prijsuitreikingen en verkoop van jongen en bonnen werden snel afgewerkt, mede omdat onze Amelandse vrienden weer met de boot mee moeten.
Dat de kwaliteit duiven in Sint Jacobiparochie goed is bleek wel uit de hoeveelheid vleespakketten die de heer Buwalda mocht inladen. Achterbank vol en of ik even wilde helpen met naar binnen sjouwen bij thuiskomst. Hoezo, het seizoen was een stuk minder?

Inmiddels half negen als ik de auto thuis parkeer, nog een snelle blik in het hok met zomer- en late jongen. Ik mis er twee met een wit ringetje, dat is het groepje dat ik vanochtend nog even een stukje opleerde. 

De groep zomerjongen en late jongen doet het toch al niet goed. De jonge duiven ziekte manifesteerde zich eerst onder de zomerjongen, later onder de late jongen, er bleven al een aantal weg van het hok, ik vond er vandaag één die zich had verwond ergens halverwege de week. Afgelopen zondag leken de zomerjongen klaar voor een africhting, ook dit verliep stroperig. 's Avonds misten er 3 van de 15, maandag meldden zich er nog 2. De naweeën van de gezondheidsperikelen laten zich behoorlijk gelden. Hardnekkig is het als er wat onder de duiven heerst, geduld moet je opbrengen om alles weer op het goede spoor te zetten.

Vanochtend gelukkig nog eentje terug, al zag ook dit diertje er niet geweldig uit. Geduld hebben, geduld. Best lastig.

Tot de volgende!

www.postduivenblog.nl


zaterdag 23 september 2017

Eind September

Vliegseizoen 2017 is weer geschiedenis. De laatste natourvlucht werd vandaag vervlogen in Friesland. Er zullen nog wat taartvluchten zijn, de laatste stuiptrekkingen, dan is het echt fini.
Ondertussen is het winterseizoen alweer begonnen. Ik schreef het vorig jaar al eens, het winterseizoen lijkt drukker dan het vliegseizoen. Evenementen, meer dan je op kan noemen. Het lijkt erop dat je er geweest moet zijn om mee te tellen. Natuurlijk is het handig om het netwerk uit te breiden, de allerlaatste snufjes tot je te nemen. Ik vraag me af hoeveel voordeel ermee wordt gedaan in het vliegseizoen. Opvallend is dat er meestal huiswaarts wordt gegaan met weer nieuwe "wondermiddeltjes", of die volgende sterkweker, tenminste als je de stamboom mag geloven. De euro's rollen behoorlijk op de diverse dagen.

Vandaag was ook de officiële opening van de "Duivenfarm" van Ulrich Lemmens. Iedereen was welkom, de man heeft het geweten, volgens de berichten op Facebook waren er meer dan 800 mensen. De vlieg en kweekhokken konden worden bekeken, er werd voor de inwendige mens gezorgd en natuurlijk draaide de PR machine op volle toeren.
Ulrich weet overigens heel goed met de media om te gaan. Hij maakt van zijn hart geen moordkuil, deelt dit graag via de social media en is niet te beroerd om zijn stellingen te verdedigen. Het is knap wat hij doet, hij wist zelfs de landelijke krant en TV te bereiken. Duivensport anno 2017 dus, volgens de generatie die is opgegroeid met internet en zijn ongekende mogelijkheden. De man is ook graag gezien in diverse buitenlanden, in de wintermaanden is hij behoorlijk druk met de wereld over reizen, voor lezingen, keuringen en zijn eigen business promoten. Er moeten natuurlijk wel duiven worden verkocht, de bank zal ook wat willen terugzien van de investeringen die gedaan zijn om de "Duivenfarm" te realiseren. Al met al petje af.

Ook petje af voor Bas en Gerard Verkerk. Op de natour lieten ze de spierballen weer eens rollen, met nooit geziene uitslagen. Natuurlijk meer dan 300 duiven in concours is geen sinecure, daarnaast hebben ze een naam te verdedigen en moeten er jongen worden verkocht, ook hier hebben we te maken met professionals. De prijspercentages waren nog niet eens zo hoog(iets meer dan 50%), maar de heerschappij lijkt me duidelijk. 
Er klonken dan ook weer ouderwets veel stemmen over massa inkorvers en het plezier dat andere wordt ontnomen. Ook in het Belgische lijkt hier steeds meer commotie over te ontstaan. Meningen zijn verdeeld, van afschuw en roep tot verbod met zoveel duiven te spelen tot verwondering over de aankomsten en verwelkoming van de aantallen duiven. Daarmee wordt het aanzien van het concours toch weer aardig opgepoetst. 

Ook Gerard Koopman heeft een geweldig seizoen achter de rug. Hij heeft zijn zinnen gezet op de overnacht concoursen in sector 4. Met de aankoop van de "Red Bullens" heeft hij een gouden greep gedaan en geeft met de nazaten van die super de liefhebbers in sector 4 het nakijken. Daar zitten een aantal tussen die bij de top van Nederland behoren op de overnacht. Ze hebben behoorlijk vliegles gekregen, met de groeten uit Ermerveen. Ook Gerard is professional, speelt met veel duiven, vooral op de dagfond wordt stevig ingekorfd, voor de overnacht zijn wat minder duiven beschikbaar. 

Of het terecht is om van concours bederf te spreken weet ik niet, ik denk dat het een onomkeerbaar proces is. Profs zullen met veel duiven spelen, de hobbyisten zullen het met minder moeten doen. Profs zullen er meer komen, zolang er vraag is naar duiven uit België en Nederland. Er is een naam hoog te houden, dat gaat alleen met oogverblindende uitslagen, prachtige foto's, luxe duivennamen en ronkende stambomen en een website in het Chinees. Tip aan de hobbyist, als je tenminste niet in de slachtoffer rol wilt kruipen, zoek je vluchten uit, maak ze er helemaal voor klaar en knallen maar. Zorgt in ieder voor voldoening en motivatie, plezier gaat het je zeker opleveren! Zet de kampioenschappen uit het hoofd, de uitslag van die vluchten die je hebt aangekruist tellen, je krijgt geen voldoening van een bekertje op het einde van het seizoen, als je ooit eens op Teletekst hebt gestaan. Dus, doe je ding en geniet ervan!

Op eigen hok was er niet veel aan de hand, sinds mijn laatste schrijfsels. Weekje Griekenland, om weer bij te laden, Wim en Wouter hebben goed op de winkel gepast, nogmaals bedankt, mannen! 
Jongen gespeend, de ronde van de vliegers, ze waren mooi opgekomen, eens kijken of het bevalt. zo'n ronde laatjes.
Laatste week thuis gewerkt aan de kweekafdelingen. Er is nog een afdeling aangepast met kweekboxen, ik kan de kooien zo indelen als op dat moment nodig is. Duiven koppelen, gescheiden houden, als het nodig is wat grotere loopkooien maken om wat duiven tegelijk te observeren. Niet meer duiven, maar ik mag graag de controle houden en zeker weten dat het gaat zoals ik in het hoofd had.

Nee, geen automatische mestbanden, geen infrarood verwarming, led verlichting zit ook nog niet in het hok, maar toch, ik ben apetrots op het resultaat, na een week ploeteren.
Volgende week weer werken, kunnen de jongen ook weer mee, het africhten is nog lang niet klaar.

Best strak al zeg ik het zelf


Tot de volgende!



woensdag 6 september 2017

Bijzonder verhaal van een aanvlieger

Een week na Bergerac ontbreken er nog steeds 2 duiven. Een tweejarige zonder noemenswaardige prestaties en een jaarling. Jaarlingen worden per definitie gemist, zij hebben immers nog de belofte dat zij geschikt zijn voor de marathons. 
De zondagmiddag een week later gaat mijn telefoon. We zijn in Brabant op dat moment, op bezoek bij mijn kleindochter en haar pleegmoeder. Een meneer uit Waarland(Noord-Holland) aan de telefoon, met de mededeling dat er een duif is opgevangen. Na het opnoemen van de ring weet ik om welke het gaat, de"560", de jaarling van Bergerac. "Ik kom hem morgen halen, ik werk in Noord-Holland", is mijn antwoord aan de meneer uit Waarland. Pas dan wordt het me duidelijk dat de duif niet in Waarland is opgevangen, maar in Spierdijk, ook Noord-Holland overigens. "Hij zit bij mijn zuster", wordt me al wat meer duidelijk. Ik vraag het nummer en beloof dat ik meteen zal bellen. 
Ik bel het opgegeven nummer en krijg een wat oudere dame aan de telefoon, mevrouw Borst, zo blijkt. Ik vertel haar over het telefoontje en informeer naar de duif. Hij blijkt er redelijk aan toe te zijn, wel veel honger. Ik begrijp nu ook dat mevrouw zelf geen duiven heeft, maar wel wat voer. Er kon wel even voor gezorgd worden, maandagavond ophalen na het werk is geen probleem.
Op maandag, na het werk, rij ik richting Spierdijk, ongeveer 20 minuten van mijn werk. Ik ken het dorpje wel, rij er vaker langs richting dochterlief. Ik vind het opgegeven adres, tegenover het kerkje, en bel aan. Een bovenwoning zo blijkt. "Ik kom de duif ophalen, we hebben gisteren gebeld!", roep ik naar boven. "Ja prima, kom maar boven". Ik loop de trap op en ontmoet mevrouw Borst, samen met één van haar kleindochters. Aardige mensen, je voelt zoiets meteen aan. Mevrouw Borst begint meteen te vertellen, de duif blijkt op het balkon onder een kistje te zitten, met wat water en voer. Hij is mager, wilde zich niet laten vangen, maar het lekkere voer van mevrouw Borst kon hij blijkbaar niet weerstaan. Er zaten wel vaker duiven op het balkon, de tortel duiven worden er ook regelmatig gevoerd. "Gezellig, ik hou van duiven", zegt mevrouw Borst. Het blijkt dat de duif is opgegeven via de broer van mevrouw, hij is duivenmelker, mevrouw Borst ging vroeger wel duiven wachten bij hem, vooral van de fond, Chateauroux, Ruffec en ook Bergerac waren vluchten die haar nog goed in het geheugen staan. We praten door, ondertussen zijn ook de andere kleindochters gearriveerd, er wordt elke maandag bij Oma gegeten. Gezelligheid troef dus. Ik geef aan dat ik naar huis wil, de duif weer in het hok en zelf maar eens wat eten, de dag is lang genoeg zo. 
Ik geef nog een visitekaartje met het adres van mijn weblog en vertrek. In een opwelling zeg ik dat ik de doffer voortaan "Meneer Borst" noem, als herinnering aan aardige mensen en een bijzondere ontmoeting. Er ontstaat wat beroering, ik raak onbedoeld een gevoelige snaar. Mijn opmerking roept herinneringen op aan de overleden Meneer Borst en voor de kleindochters Opa Borst. 
Ik sta er verder niet zo bij stil en zeg gedag, blij dat de "560" weer naar huis komt, blij dat het leuk is om op deze manier mensen te ontmoeten, met een leuk verhaal.
Ik wijd er nog een paar regels aan in één van mijn blogs en laat het verder rusten. De"560" knapt ondertussen alweer aardig op.
Een paar dagen later een mail van mevrouw Borst. Ze geeft aan dat ze mijn blog heeft gelezen, leuke verhalen en informatief, ze heeft ervan genoten om het te lezen. Vooral de beleving die ik bij de duiven heb spreekt haar erg aan. Een paar regels verder uitleg over de gevoelig snaar die ik heb geraakt bij de familie. Meneer Borst wordt door mevrouw Borst al een aantal jaren erg gemist, de kleinkinderen hebben hun eigen herinneringen aan een meer dan lieve opa Borst. Mijn opwelling de duif "Meneer Borst" te noemen, had voor de familie Borst dus een heel andere en veel diepere betekenis dan ik kon vermoeden.
Na het verhaal, staat er nog een bijzonder verzoek in de mail. Of ik een mooie foto kan maken van "Meneer Borst", zo met zijn naam eronder, dan kan ze de foto laten afdrukken en cadeau doen aan de kleindochters, verrassing op een maandagavond.
Ik lees de mail, krijg een brok in mijn keel, laat hem aan Vera lezen en later aan nog een paar mensen. Er worden wat brokken weggeslikt, zelfs een traantje weggepinkt. 
Ik antwoord de mail en vertel over de gevoelige snaar die nu ook aan onze kant is geraakt. Meld dat het goed gaat met de duif en dat ik hem niet meer zal spelen. Een duif met een dergelijk verhaal kan eenvoudig weg niet meer in de mand. In het weekend maak ik een mooie foto en verstuur deze via de mail.
Mevrouw Borst, ik mag inmiddels Corry zeggen, stuurt een bedankje en meld zich nog een keer als ze de foto's aan de kleindochters heeft gegeven.
Afgelopen maandagavond een mail vanuit Spierdijk. Corry heeft de kleinkinderen allemaal een foto cadeau gedaan van "Meneer Borst", in de mail foto's van stralende kleindochters en een stralende Corry. Met nogmaals een bedankje en een "Wie weet, ooit nog eens een keer..." Het maakt het leven kleurrijk weet Corry het treffend uit te leggen.
Op de foto's Corry met haar kleindochters en de foto van "Meneer Borst", of hoe een opgevangen duif tot een wel heel bijzonder verhaal kan leiden.

Corry en kleindochters, bedankt dat ik dit mee mocht maken!


zondag 3 september 2017

Doorduwen

Doorduwen, de jongen moeten nog worden afgericht. Nou ja, het eerste ploegje is bijna klaar. Vandaag onderweg naar Brabant de 11 overgebleven jongen van de mei lichting gelost in de buurt van Arnhem, bij thuiskomst zat alles weer keurig in het hok. Dinsdag nog een laatste ritje over het IJsselmeer, dan is het voor dit groepje klaar, elf duiven voor de vliegploeg 2018 erbij.
Gelost volgens het schema wat ik vorige week voor een lezer van mijn blog nog eens op papier zette. Vraag was of ik nu minder jongen verspeel dan de mensen die de jongen en natourvluchten gebruiken om de jongen op te leren. De reden om op deze manier jongen op te leiden heeft met andere zaken te maken, te lezen in het artikeltje Jongen opleren, op www.postduivenblog.nl.
Volgens mij verspeel ik er net zoveel als ieder ander. Voorbeeld van de groep die ik hierboven noemde: Er waren 21 duiven, allemaal gespeend in de maand mei, vlot op de vleugels en gezond tot een klein dipje zo'n 3 weken geleden, ik schreef hierover in een eerder blog.
Van de 21 duiven heb ik er eentje apart gezet. Reden was dat het diertje met een kuif is geboren, niet geschikt voor de mand, bij een beetje regen gaat er veel te veel water onder het verendek komen, de kuif(eigenlijk een kapje) en de veren die de kap ondersteunen sluiten niet waterdicht, wat een duif met kuif ongeschikt maakt voor vluchten, al zullen er ongetwijfeld uitzonderingen zijn. Ze zit tussen de vasthouders, bruikbaar als weduwduivin of misschien wel kweek, ze komt van goede afstamming.
Ik verspeelde uit deze groep maar liefst 6 duiven van het hok, eentje werd opgegeven en teruggehaald vanuit Luttenberg. Deze duif mistte hierdoorde eerste 5 lossingen van de groep, ik heb er de voorkeur aangegeven om dit duifje nog twee weken te laten bijkomen na zijn(of haar) avontuur in Twente. Het is beloond, met een kortere voorbereiding is de duif nog aanwezig tussen de elf overgebleven duiven. Tijdens het africhten ben ik 4 duiven kwijtgeraakt, eentje bij de eerste lossing op 25 kilometer, de andere 3 bij de eerste lossing in Noord-Holland. Deze lossing geeft altijd problemen en achterblijvers, maar ze moeten er doorheen, ik zie te vaak duiven thuis komen uit de westkant of van de eilanden af, deze duiven moeten over water kunnen vliegen, vanuit mijn verleden in Enkhuizen weet ik dat dit niet een vanzelfsprekend iets is, bevestigd door de resultaten die ik zie bij de lossingen van mijn jongen in Noord-Holland, telkens de eerste lossing geeft 20 tot 25% achterblijvers. Na die lossing geen duiven meer kwijt, twee keer kwam er eentje een dag later thuis.
Na mijn vakantie ga ik beginnen met het tweede groepje, deze duiven zijn een stuk jonger, gespeend eind Juni en Juli. Daarna zal er nog een groep moeten, deze liggen momenteel in de nesten, een ronde van de vliegers om erachter te komen of daar duiven met kweekwaarde tussen zitten.

Ik vind het overigens leuk dat er toch elke keer weer discussie is over het opleidingsschema dat ik volg met de jongen. Er zijn veel meningen, ieder doet het op zijn manier, verschil in resultaat kan je eigenlijk pas afmeten nadat de duiven hun jaarlingjaar door zijn. In mijn beleving is een duif pas een volwassen vliegduif als tweejarige.
Juist deze discussies leiden er toe dat we blijven nadenken over hoe om te gaan met de jonge garde, maar vooral, het blijven delen van ondervinding en kennis zorgt ervoor dat we verder komen in onze mooie hobby.

Tot de volgende!

www.postduivenblog.nl 

vrijdag 18 augustus 2017

Aardige mensen - Jongen - Volgend Jaar

Aardige mensen: ik kwam er zomaar een aantal tegen de afgelopen weken. Mensen die een duifje opgaven, mensen die zelf geen duiven hebben, maar wel begaan zijn met het lot van zo'n beestje en graag willen dat het weer terecht komt waar het hoort, op zijn eigen hok.
Er werd een jong opgegeven door een aardige vrouw uit Luttenberg, zelf geen duivenliefhebster, nou ja, een beetje, een paar duiven op een til achter in de tuin. Ze belde doordeweeks, mijn vraag of ik op zaterdagmiddag terecht kon was geen probleem, er werd voor het duifje gezorgd. In Luttenberg aangekomen bleek dat ze de moeite had genomen om het duifje te huisvesten in een kooi, afgedekt met een zeil, vanwege de regen. Geen wanklank, alleen belangstellend, wat er ging gebeuren, hoe het toch kwam dat het duifje zover van huis was, komt het wel goed. Bak koffie toe, leuk gesprek, zwaaiend weer weg, toch leuk, op deze manier mensen leren kennen.
Een andere duif, een jaarling, nog onderweg van Bergerac, werd een week na de vlucht opgegeven. Noord-Holland, Spierdijk, niet ver van mijn werk, maandagavond ophalen was geen probleem. De duif was goed verzorgd, onder een kistje op het balkon van de alleraardigste mevrouw Borst. Trots vertelde ze dat ze veel van duiven wist, haar broer speelde nog met duiven, hoe spannend het was, als ze vroeger met de hele familie duiven opwachtten, vanuit Chateauroux, Ruffec en noem maar op. Herkenning bij mij, mijn jeugd kwam zo weer voorbij. "Hij is goed verzorgd hoor, heb hem ook nog even op schoot gehad en geaaid, vond ie lekker". Toen ik bij afscheid meldde dat ik de duif voortaan de "Borst-doffer" zou noemen, verscheen de zoveelste glimlach op haar gezicht. Leuk, maak je niet gauw weer mee.
Vanavond nog, Hoorn, een duifje oppikken voor iemand anders, ook vanuit het werk. Een oudere heer, een echte heer, gaf eerst netjes een hand en stelde zich voor. Ik denderde er overheen, gaf de arme man amper gelegenheid uit te spreken, hij hanteerde beleefdheidsvormen die ik zelf al bijna vergeten ben. "Hork", dat is wat ik tegen mijzelf zei toen ik weer in de auto stapte. De man had waarschijnlijk ook nog een mooi verhaal gehad.....

Jongen: die moeten afgericht worden. Het eerste ploegje is vijf keer weggeweest, de klad kwam er wat in, anderhalve week geleden, plots trainden ze minder, een paar wat in elkaar. Bekend verschijnsel, eentje braakte, eentje had de welbekende coli-poep. Maar even rustig aan, zie er nu niets meer van, vlogen weer lekker de laatste twee dagen. Dit weekend maar weer oppakken, ondanks de rui van de oudsten, beginnen al echte duiven te worden.

Volgend jaar: dit jaar eindelijk een mooie ploeg overgehouden, zowel doffers als duivinnen, als ik zou willen kan ik zelfs wat selecteren. Twijfel over de aanpak volgend jaar. De doffers op weduwschap kan geslaagd genoemd worden, ook al lieten ze nog wat steken vallen, de duivinnen kwamen super op nest, toen er eindelijk ruimte voor was. Het is dan ook de specialiteit van het huis. Hoeveel ouden, hoeveel jaarlingen volgend jaar, moet het nog even uitvogelen. Systeem krijgt in ieder geval vaste vormen op de wijze waarop ik het afgelopen seizoen heb gedaan. Ook de kwekers, waar laat ik die eigenlijk? De sierduiven toch maar een beetje ruimte laten inschikken misschien? Hoeveel kwekers er blijven, ik heb nog geen idee, eerste de africhtingen maar even bekijken. Daarnaast nog de duiven die moeten dienen als vaste partners voor de oude doffers en nestduivinnen, zijn er ook zomaar weer extra. Doen of niet doen, het werkt in ieder geval wel.

Kortom, het winterseizoen, of eigenlijk het begin van volgend seizoen is begonnen. Het is ook zo weer April.


Ondertussen krijg ik weer wat meer mee van de rest van de wereld. Vera is weer aardig aan het opknappen, tijdens het seizoen bijna alleen met duiven, werk en weer duiven bezig. Een way of life, zelf voor gekozen, maar altijd weer blij als ik kan roepen dat het klaar is, dat ze voor de laatste keer de mand in zijn gegaan. Minder punctueel, meer ruimte om om me heen te kijken. Bijkomen, 5 maanden duivenseizoen is slopend, naast een drukke baan.

De zoveelste keer een aanslag, Barcelona en één van de badplaatsen in Spanje was nu aan de beurt. Mafketels, enige manier om het te bestrijden is door door te gaan, laat maar zien dat ze het niet gaan winnen.

Wat ook nog opviel op t.v. was de emo-jounalistiek, er gebeurd iets, een uitzetting of een stalbrand, erg genoeg, niet reageren op feiten maar op gevoelens, zogenaamde experts die nog even de emoties aanwakkeren, in plaats van na te gaan wat er precies heeft gespeeld. Maar daarna gaan we wel weer gewoon verder met de ratrace, ik een beetje meer dan jou. Boter op je hoofd heet dat.

Tot de volgende!


www.postduivenblog.nl


woensdag 2 augustus 2017

Bergerac - Trots op mijn dames



Zo, dat was het weer, vliegseizoen 2017. Afsluiter was de klassieker vanuit Bergerac. Ik las in het blog van Sjaak Buwalda dat Bergerac voor de noordelijke liefhebbers dezelfde uitstraling heeft als St. Vincent voor de zuidelijke fondmannen. Kan me hier wel in vinden. Afstanden rond de 1.000 km, toen ik nog een kleine Sjonnie was zat Bergerac gewoon in het programma, afsluiter van het seizoen. Meedoen op Bergerac was niet voor watjes, dat gold voor liefhebbers en voor de duiven die werden gekorfd.
Datzelfde gevoel heb ik nog steeds, als de naam Bergerac valt. Ben er inmiddels meerdere malen geweest, mooie streek voor vakantie, Bergerac zelf is een leuke stad, vol historie en mogelijkheden om te relaxen, al dan niet aan de Dordogne-rivier. Vergeet ik nog de Vin de Bergerac, ik ben dan ook geen wijnliefhebber.
Voor mij was het de laatste vlucht van 2017. Nadat het niet lukte de jaarlingen naar Chateauroux te krijgen, besloot ik om alles op Bergerac te zetten. Alle ouden en jaarlingen moesten mee, 22 in getal, massa inkorver met een nogal klein bestand duiven, verzin het maar.
Ik had er nog zin, was er nog eens extra voor gegaan om de duiven in hun allerbeste conditie aan de start te krijgen. 
Zoals gewoonlijk zou Bram weer voor mij inkorven. 's Ochtends dus de duiven al klaar gezet. Tijdens het pakken merkte ik al dat vooral de nestduivinnen goed aanvoelden. Het beloofde nogal wat, nu maar hopen dat ze de forme vast zouden houden in de mand. Toen ik 's avonds de klok en manden weer ophaalde bij Bram, bevestigde hij mijn gevoel. "Dat wordt een rondje zaterdag". 
De spanning was dus aardig opgelopen, zou het dan toch weer eens lukken? Eindelijk los, zaterdag pas, om 13:00. Snapte het niet helemaal, met mij velen niet. Eerst dat bericht op teletekst, men zou voor het welzijn van de duiven kiezen. Goede gedachte, dus verbazing dat er op vrijdag niet werd gelost, een ochtendlossing was mogelijk geweest, goede kans dat ook in het noorden de concoursen gesloten konden worden.
Los dus op zaterdag, zo het regenfront in wat voor de zaterdag avond werd voorspeld. De beelden van de afgelaste wedstrijd in het Sparta stadion zeiden voldoende. Daar komt geen duif door. 
Zondagochtend vroeg op, er was zaterdag avond geklokt in Rijssen, boven in sector 3, een hele vroege dus. Na 6 uur brak er hier boven de noordwest hoek nog een noodweer los, dikke regen druppen, donder en bliksem waren ons deel, ondertussen vielen er duiven in de zuidkant van sector 4, ook de oostkant begon te klokken. Na half acht werd het pas echt droog, eindelijk naar buiten, er moest toch snel wat gebeuren. De eerste duif in het NIC was er inmiddels ook, ook aan de oostkant, maar niet te min een puike prestatie. Binnen de eerste 10 in de afdeling is gewoon super.
07:49, een duif vlak over mijn hoofd, we schrikken van elkaar, uit de Noordkant dus, ze draait kort en valt pal naast me. De 520 weet ik, de 2de getekende, ze valt altijd op dat plekje en loopt dan meteen binnen. 07:49 en wat seconden zegt de klok, 3de melding in het NIC, de eerste aan de noordwest kant. Blij, mooi op tijd, zeker gezien de omstandigheden. Na het melden en het heen en weer appen met mijn duivenmaatjes, valt de tweede al. De 552, de Blauwe Witpen, de eerst getekende. Pal uit de oostkant, ook omgevlogen dus. Mijn gevoel wordt bevestigd, 4de melding, er vallen nog wat duiven in de overvlucht, dus uiteindelijk 7de in NIC Holwerd. Na het appen wordt het nu bellen, Bram vraagt of ik ff wil wachten tot hij er eentje heeft. We lachen wat, de derde duif valt ondertussen. Ik hang snel op, in de verwachting dat ook zij snel binnen loopt. Het is de 554, de eerste jaarling, ook uit het hokje nestduivinnen. 
Er gebeurd wat raars, ze heeft geen drang om binnen te lopen, gaat op zoek naar water, volop te vinden overal na de buien eerder op de ochtend. Ik loop me te verbijten, ondertussen arriveert ook de 4de duivin, weer een jaarling, ook op zoek naar water. Minuten duren dan lang, uiteindelijk klok ik de 554 op 8:42, de 4de duivin wordt uiteindelijk de 5de in de klok, ze loopt mee met de eerste doffer die arriveert, de oude 563. Ondertussen realiseer ik mij dat er een mooie serie in de maak is, dat de jaarlingen zich kranig weren. De teleurstelling van het binnenlopen verdwijnt alweer, ze komen gewoon hartstikke goed! Er druppelen er meer binnen, opvallend blijft dat de jaarlingen allemaal naar water zoeken. Het bevestigd maar weer eens dat dit voor de jaarlingen misschien wel de belangrijkste leervlucht is voor hun verdere carrière. Die gaan voortaan echt wel drinken als het nodig is.

Om 12:00 heb ik 10 van de 22 duiven thuis, eind van de middag zijn er 19. Op maandag komt er nog een jaarling doffer, de andere twee hebben zich nog niet laten zien. Het besef komt dat het voor mij gewoon een super vlucht is geweest, met een veel beter verloop dan ik had gehoopt. Mijn twee beste duivinnen voorop, als mijn 2 getekenden, jaarlingen die zich goed laten zien, 2 doffers die een goede prijs spelen. Al met al een waardige seizoensafsluiting in Engelum. 
Sterker nog, nadat ik had gezien dat er in de afdeling een mooie prijs werd gespeeld, evenals sector 4, zag ik later dat ook landelijk een mooie notering was weggelegd. Als je het zo zegt is het niets bijzonders: plaats 586 van 21.204 duiven, omgerekend een coëfficiënt van 2,76. Ze hoort gewoon bij de beste 3 procent van het landelijke concours, met een overvlucht van 250 kilometer op Zeeuws Vlaanderen! Ook de 2de duif zit nog binnen de 5%. Ik neem mijn pet diep af voor deze dames.

Met deze noteringen heeft de 552 haar plekje op het kweekhok veiliggesteld, de 520 gaat nog een seizoen mee, ze heeft nog onvoldoende inkorvingen op de overnacht op haar conto. Gezien haar prestaties dit jaar, gaat ze dat volgend seizoen zeker volbrengen. Haar opvolgster lijkt dan ook alweer bekend, de 554 heeft als jaarling ook al mooie dingen laten zien. Kortom, de toekomst is zonnig voor de kilometervreters uit Engelum. 

Tot de volgende!


www.postduivenblog.nl